De naam zegt het al: een simultaantolk vertaalt (eigenlijk ‘vertolkt’) een tekst terwijl de spreker spreekt. De spreker hoeft dus niet te wachten tot de tolk klaar is met vertalen, maar kan rustig doorpraten. Het klinkt misschien simpel, maar het is razend ingewikkeld.
Terwijl de tolk luistert naar wat er nu gezegd wordt, vertaalt hij/zij wat er zonet gezegd werd. Dit is topsport voor je brein, want dat doet vele dingen tegelijkertijd: het luistert naar wat er nu gezegd wordt, begrijpt en onthoudt het, en tegelijkertijd vertaalt het wat er 10 tot 30 seconden eerder gezegd werd, zorgt ervoor dat er goed lopende zinnen geformuleerd worden en dat die goed verstaanbaar en op een prettige toon uitgesproken worden.
Een simultaantolk heeft dus geen tijd om dingen op te zoeken, om te vragen wat de spreker bedoelde of om naar het juiste woord te zoeken. Het moet allemaal nu.
Simultaantolken is een vak en het is teamwerk. Naast een uitstekende kennis van beide werktalen, een gedegen opleiding, een goede voorbereiding en veel ervaring zijn er twee dingen nodig: een collega en de juiste apparatuur. Tolken vergt het uiterste van je concentratie, reden waarom professionele simultaantolken altijd met zijn tweeën werken, zodat ze elkaar om de 20 tot 30 minuten kunnen afwisselen. Daarnaast is het cruciaal dat een tolk goed kan horen wat er gezegd wordt.
Wat mensen vaak niet begrijpen is dat een tolk zijn/haar eigen stem hoort, waardoor hij/zij de spreker niet meer kan verstaan. Vandaar de noodzaak van hulpmiddelen. Welke zijn dat?
Die vormt de ideale setting voor een simultaantolkklus: de tolk heeft een koptelefoon op waardoor hij/zij goed hoort wat er gezegd wordt, zit in een geluidsdichte cabine waardoor hij/zij niet afgeleid wordt door allerlei storende geluiden in de zaal, (de zaal heeft intussen ook geen last van de tolken die anders in tig onverstaanbare talen op de achtergrond te horen zouden zijn), en spreekt de vertolking in in een microfoon. Het resultaat: de toehoorders horen de vertolking maar de tolk zelf heeft geen last van het eigen stemgeluid.
Dit is verreweg de beste setting, waar echter wel een behoorlijk prijskaartje aan hangt. De tolkencabine(s) met toebehoren moet(en) immers ingehuurd en opgebouwd worden, en wil je het goed doen, dan huur je er ook meteen een technicus bij die kan helpen bij problemen.
Wanneer het budget niet toereikend is en/of er maar weinig mensen naar de vertolking luisteren, kan evt. uitgeweken worden naar een goedkoper alternatief:
Een fluistersetje bestaat uit een microfoon en een aantal ontvangers (draadloos). Zo hoeft de tolk niet (zoals bij fluistertolken het geval is) in de buurt van de toehoorder te zitten, maar kan daar gaan staan/zitten waar hij/zij de spreker goed kan horen. De tolk spreekt de vertaling zachtjes in in de microfoon, en de toehoorders horen de vertolking in hun oortjes. Op deze manier kan de tolk zo zachtjes praten dat hij/zij de eigen stem niet al te hard hoort en dus goed kan verstaan wat de spreker zegt. Bijkomend voordeel: de toehoorders kunnen gaan en staan waar ze willen. Ideaal dus voor rondleidingen door bedrijven, productiehallen etc.
Overigens bestaat er een vorm van simultaantolken waarbij geen apparatuur nodig is: fluistertolken, waar de tolk in het oor van degene fluistert die vertolking behoeft. En dat fluisteren moet dan zo zachtjes, dat de tolk geen last heeft van het eigen stemgeluid. Omdat het niet corona-proof is om op fluisterafstand van een ander te zitten is die optie momenteel niet mogelijk.
Heeft u een tolk nodig, laat u dan adviseren door een professional die weet wat nodig is in welke situatie. Voor tolken en vertalers Italiaans kunt u op deze site terecht (let wel: niet alle tolken zijn gespecialiseerd in simultaantolken/congrestolken).
Over de auteur